Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 29-11-2021

Oran

betekenis & definitie

bij de ouden Partus magnus, versterkte hoofdplaats der provincie O., zijnde van de fransche kolonie Algerië de westelijksle provincie, groot 1839 vievk. mijlen, bevolkt met 560,000 zielen, strekkende van de uitwatering van den Tennis lot aan de grenzen van Marokko. De stad 0., gelegen aan de Middellandsche Zee (aan de Golf van O.), heeft twee havens, en ruim 22,000 inw.; geslicht door de uit Spanje verdrevene Mooren, werd O. door de Spanjaarden veroverd 1505, door de Mooren heroverd 1708; en in weerwil van eene interruptie van 60 jaren (1732—92) waren de Mooren nog in het bezit van O., toen het 1831 bezet werd door de Frartschen.

Vreeselijk werd O. geteisterd door de aardbevingen van 1790 en 1791.

< >