Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 29-11-2021

Megaeles

betekenis & definitie

1) uit het geslacht der Alcmeonieden, werd archon van Athene 598 v. Chr., verijdelde de samenzwering van Cyion, doch maakte zich gehaat, doordien hij de saamgezworenen liet vermoorden, die eene wijkplaats gezocht hadden in den tempel van Minerva.

Deze heiligschennis werd gevolgd door de pest; waarop M. met het gansche geslacht der Alcmeonieden gebannen werd.2) kleinzoon van den vorige, en grootvader van Alcibiades (van moederszijde), overwinnaar in de Pythische spelen, werd tweemaal door het ostracismus uit Athene verbannen.
3) een broeder der moeder van Pericles, en grootvader der vrouw van Cimon.
4) een vertrouweling van koning Pyrrhus van Epirus, wiens wapenrusting M. aanhad, toen hij in den slag bij Heraclea (280 v. Chr.) den dood vond.

< >