Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 29-11-2021

Manlius

betekenis & definitie

een patricisch geslacht in het oude Rome, afstammende van Oclavius Mamilius of Manlius, den schoonzoon van Tarquinius den Trotsche. Dit geslacht splitste zich in verscheidene takken (Vulso, Capitolinus, Torquatus, enz.), en heeft een aantal beroemde personen voortgebracht, o. a.:

(Marcus) bijgenaamd Capitolinus, consul 392 v. Chr. Na den slag van Allia (390) Rome in de macht der Galliërs ziende, wierp M. zich met 1000 man keurtroepen in het Capitool, doch zou daar door de Galliërs overrompeld zijn geworden, die reeds de muren beklommen, indien niet het geschreeuw der heilige ganzen, die op het Capitool onderhouden werden, hem uit den slaap hadden gewekt, waarop hij ijlings de Galliërs van de hooge muren naar beneden deed werpen: dit roemrijke feit verschafte hem den eernaam »Capitolinus”. Later werd hij beschuldigd naar het koningschap te streven; doch bij zijne verdediging tegen die aanklacht wees hij naar het Capitool, dat door hem gered was, en het volk sprak hem vrij; intusschen werd er spoedig eene tweede volksvergadering tegen hem gehouden op eene andere plaats, en nu werd M. veroordeeld om van de Tarpeïscbe rots te worden geworpen, welk vonnis 384 v. Chr. aan hem voltrokken werd.

(Titus), wegens zijne trotschheid bijgenaamd Imperiosus, was dictator 373 v. Chr., en stond bij zijne aftreding in staat van beschuldiging gesteld te worden, doch werd door de vastberadenheid van zijnen zoon gered.

(L.), bijgenaamd Torqmlus, zoon van den vorige, redde zijnen vader van de aanklacht, tegen hem ingesteld door den tribuun T. Pomponius, en werd in 't volgend jaar (362 v. Chr.) tot krijgstribuun benoemd in den oorlog tegen de Galliërs. In dien veldtocht doodde hij eenen gallischen reus, die lang de schrik der Romeinen geweest was, en droeg sedert diens gouden halsketen (torgues) als zegeteeken; vandaar zijn bijnaam. In den oorlog tegen de Latijnen (340 v. Chr.) was deze M. consul, en liet zijn eigen zoon onthoofden, omdat die den strijd had begonnen in weerwil van 's consuls verbod.

(L.), bijgenaamd Torqmlus, consul in 224 v. Chr., onderwierp Sardinië; daar Rome toen geen vijanden meer had, deed M. den tempel van Janus sluiten, hetgeen sedert Numa nog nooit gebeurd was. Deze M. verzette zich tegen de uitlevering van de. bij Cannae op Hannibal gemaakte krijgsgevangenen.

M., medeplichtige van Catilina; zie het art. MALLIUS.