Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 29-11-2021

Macedonius

betekenis & definitie

patriarch van Constantinopel, behoorde tot de partij der Semi-Arianen, toen hij tot het patriarchaat verheven werd (omstr. 351). Zijne benoeming was eene geweldige grief voor de orthodoxen, en op den dag zijner installatie werden de partijen handgemeen met elkander, waarbij ruim 3000 personen omkwamen.

Ten gevolge van nog andere onlusten liet keizer Constantius hem (M.) door een in 360 te Constantinopel gehouden concilie afzetten. Toen wierp M. zich op als hoofd eener nieuwe ketterij, door de godheid van den Heiligen Geest te loochenen.

< >