Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 29-11-2021

Maarten Schenck

betekenis & definitie

of Schijnck, een geldersch edelman, geb. omslr. 1549, trad jong in krijgsdienst, ging na de pacificatie van Gent uit de dienst van Oranje in die van Spanje over, en werd een schrik voor Gelderland. In 1597 bemachtigde hij door list de stad Doetinchem; 1598 ontzette hij Grouingen; doch na den dood van Rennenberg gehoopt hebbende zelf lot opperbevelhebber te zullen benoemd worden, hinderde hel hem geweldig toen Verdngo als zoodanig benoemd werd.

Wel hielp hij nog aan het veroveren van Breda (1581), viel echter 1582 in handen der Staalschen en zat eenigen tijd gevangen; en na zijne invrijheidstelling trad hij weder in Staalsche dienst, verwierf door vele heldhaftige wapenfeiten dat bij door Leicesler tot riddergeslagen werd, deed 1589 cenen aanslag op Nymegen, die echter mislukte, en waarbij hij verdronk in de Waal. Zie het art. SCHENKENSCHANS.

< >