(na de adoptie Claudius Drusus), romeinsch keizer, gel». 37 na Chr. te Antium, was een zoon van Domilius /Enobarbus cn Agrippina (de dochter van Germanicusj. Weduwe geworden, trouwde Agrippina met keizer Ciaudius, en hoewel deze reeds een zoon had (Brilanniciis) wist Agrippina het zoo ver le brengen, dat haar zoon geadopteerd en tot troonopvolger benoemd werd, met voorbijgang van den wettigen kroonprins; men gaf hem Oclavin, de dochter van Claudins, tot vrouw.
De leermeesters van N. waren Bnrrhns en Seneca. Bij den dood van Claudins werd hij in *t jaar 54 als keizer erkend, dank zij ’t gekuip van zijne moeder. In den aanvang zijner regeering was hij zeer zachtzinnig, en liet het bewind nagenoeg geheel aan zijne moeder over. Doch het duurde met lang, of hij begon zich berucht te maken door wreedheden en losbandigheden. Hij omringde zich van wulpscbe vrouwen, en verwijderde Agrippina van het hof; en op hare bedreiging, dat zij den jongen Britannicus op den troon zou doen plaatsen, Het N. dien prins vermoorden (55). Ecnigen lijd daarna veinsde hij, zich met Agrippina te verzoenen, en liet de noodige maatregelen nemen om haar, bij gelegenheid van eene spelevaart, te doen omkomen in zee; en toen dit snoode opzet mislukte, zond hij eenigc huurlingen af, die zijne moeder op gewelddadige wijze van kant maakten (59). Eindelijk geheel en al vrij om le doen cn te laten wat hij \erkoos, ontbood hij hansworsten en pantomimisten, nam persoonlijk deel aan hunne spelen, vertoonde zich als wagenmenner in den circus, trad als danser en als fluitspeler op ten looneele, en schaamde zich niet, in het openbaar dc liederlijkste losbandigheden te bedrijven. Beeds spoedig verstiet hij zijne gemalin Octavia, die hij kort daarna ter dood liet brengen, nadat hij in hare plaats had gekozen dc schoone Poppea, die echter reeds spoedig stierf, ten gevolge van een schop, haar door haren keizerlijken gemaal loegediend. De gril kwam bij N. op, dat hij den brand van Troje wel had willen zien; om zich nu eenigszins een idee daarvan te kunnen vormen, liet hij Rome in brand steken (anno 64), zoodot het grootste gedeelte der stad eene prooi der vlammen werd. Doch vreezende dat deze keizerlijke aardigheid te veel gemor tegen hem verwekken zou, wierp hij de schuld van dien brand op de Christenen, en vond zoodoende eene uitmuntende gelegenheid, om eene ontelbare menigte menschen te doen doodmartelen. Wel werd er anno 65 eene samenzwering tegen hem gesmeed door Piso; doch het komplot werd ontdekt: en Piso, N.’s leermeester Seneca, de dichter Lucanus en een aantal anderen ondergingen deswege de doodstraf. Nu ondernam N. eene kunstreis naar Griekenland (66), om zich daar te doen bewonderen als musicus en als dichter, en hij keerde terug met 1800 cerckronen. Kort na N.’s terugkomst slak Vindcx de iaan van den opstand legen hem op in Galliê (67); doch deze opstand werd beteugeld. Gelukkiger was Gaiba in Spanje (68); deze werd door de prclorianen als keizer uitgeroepen, en de senaat van Rome verklaarde N. tol vijand des rijks. Gebannen en radeloos, vluchtte hij in eene grot, en trachtte zich met een dolk dood te steken; doch hij had erde kracht niet toe, zoodat zijn geheimschrijver, Epaphroditcs, de noodige vastheid moest geven aan zijne bevende hand. Door dezen zelfmoord van N. (11 Juni 68) stierf de laatste uit het geslacht der Cesars.Onder Vespnsianus wierp zich een eerzuchtige uit Armenië op, zich uitgevende voor Nero; doch de onlusten, door dezen bedrieger in het oosten verwekt, waren even kolt van duur als luttel van betcckcuis.