derde zoon van Jacob en Lea, geb. in Mesopolamië, hij was een der voornaamste bewerkers van den moord op dc Sichemieten (zie SICHF.M). Zijne nakomelingen, bekend onder den naam van Levieten. maakten een stam uit, gewijd aan de openbare ecredienst; deze bad niet, gelijk de andere stammen, een afzonderlijk grondgebied, maar bekwam als aandeel 48 steden, die verspreid lagen over de gansche uitgestrektheid van Palestina, benevens een tiende van de opbrengst van den grond.
De bedoelde steden werden de Levitische genoemd. De voornaamste waren; Cades, Sichem, Gibea, Hebron, Ramoth. Zes dier steden dienden lot vrijplaatsen.Mozes en larnn waren achler-kleinzonen van Levi. In het O.T. wordt van L. gewag gemaakt o. a. in de volgende hoofdstnkken: Gen. 29, 34, 46, 49; Exod. 2; Num. (6, 26; Dent. 10, 53; Jozua 13; I Chron. 6,24: Ezra 8; Ps. 135 ; Ezech. 48; Zach. 12: Mal. 2, 3.