bijgenaamd Corvinus, hongaarsch nationale heid, geboren tusschen 1390 en 1400, stamde af van de Paleologen, keizers van Constantinopel; volgens anderen was hij een bastaard van keizer Sigismund. Onder dezen keizer, en onder Albertus II, was H. wojwode van Zevenbergen beoorloogde de Turken met erenveel bekwaamheid als dapperheid; na den slag bij Varna (10 Nov. 1444) verdedigde bij Hongarije, als rijksbestuurder voor den minderjarigen Wladislas II, tegen de herhaalde invallen der Turken, die hem den bijnaam gaven van >de Duivel”.
Gedurende de twaalf jaren, die hij deze waardigheid bekleedde, bewees hij een even goed staatsman als voortreffelijk krijgsman tezijn. In 1448 hield hij zich in de vlakten van Cassovie drie dagen lang staande tegen de turksche armee, die viermaal zoo sterk was als de zijne; in 1456 zette hij door zijne schoone verdediging vau Belgrado tegen Mahomed 11 de kroon op al zijnen roem. Nog datzelfde jaar (11 Aug.) stierf hij aan zijne wonden, aan Hongarije een nieuwen verdediger nalatende in zijnen zoon, Malthias Corvinus. Zie CORVIMJS.
