tegenw. Jalta, stad tegenover de landpalen van den stam Dan, aan de zee, was Jeruzalem’s haven, waar Jonas scheep ging naar Tharsis, op welken tocht hij overboord werd geworpen en ingeslikt door een grooten visch, die hem drie dagen later weder uitspoog.
Jozna 19: 46; II Chron. 2:16; Ezra 3: 7; Jonas 1 : 3. Zie JAFFA.