Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 29-11-2021

James Mackintosh

betekenis & definitie

(sir), schotsch schrijver, geb. 24 Oct. 1765 te Dores in 't graafschap Inverness, gest. 30 Mei 1832, beoefende eerst de geneeskunde, en wijdde zich later geheel aan de rechtsgeleerdheid. Tegen de aanvallen van Burke verdedigde hij de fransche omwenteling in eeu werk, getiteld: Vindicce Gallicance (1791), dat grooten opgang maakte en waardoor hij de vriendschap van Fox verwierf; daarna maakte hij naam bij de balie, doordien hij eene »Cause célèbre" te bepleiten had (die van Peitier, den schrijver van een schotschrift tegen den eersten consul Bonaparte).

In 1804 werd M. naar Indië gezonden met den titel van rechter in het hof van Bombay; hij keerde 1811 in Engeland terug, nam in het volgende jaar zitting in het parlement, waar hij zich onderscheidde door zijne liberale denkwijzen, en was een der bewerkers van de hervorming der strafwetgeving; hij was ook de eerste, die in het parlement het woord voerde voor de onafhankelijkheid van Griekenland. Men heeft van hem eene History of the revolution 1688 (een werk, dat na zijnen dood in het licht verscheen 1834); eene History of England (3 dln. Londen 1830); en meer andere werken.

< >