Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 21-10-2021

Eemstein

betekenis & definitie

twee voormalige kloosters van reguliere kanunniken naar den regel van St.-Augustinus:

1) in den Grooten Zuidhollandschen waard, gesticht 1380 of 1382, door Reinoud Minnenbode, een voornaam burger uit Dordrecht; in den St. Elizabethsvloed, 1421, werd het door de overstrooming verzwolgen.
2) te Kijfhoek in Zuid-Holland; 1421 aldaar overgebracht door de paters van het verdronkene klooster (zie hierboven); dit E. werd 14 Juli 1572 door de Watergeuzen uit Brielle, onder aanvoering van kapitein Dirk Wor, uit Dordrecht, in brand gestoken en met den grond gelijk gemaakt.

< >