hertog van Treviso, pair en maarschalk van Frankrijk, geb. 13 Febr. 1768 te Cateau-Cambrésis, waar zijn vader koopman was, trad 1791 als vrijwilliger in dienst, was 1799 reeds divisie-generaal, ondersteunde Bonaparte met doortastende vastberadenheid 18 Brumaire, maakte zich 1803 meester van Hanover, werd 1804 tot maarschalk verheven, onderwierp 1806 Hessen-Cassel en rukte Hamburg binnen, werd na den slag van Friedland verheven tot hertog van Treviso (1807), kommandeerde van 1808 tot 1811 in Spanje, waar hij o. a. in groote male deel had aan de gedenkwaardige overwinning bij Ocana (19 Nov. 1809). In den russischen veldtocht (1812) waren M. en Ney degenen, die het meest bijdroegen om de overblijfselen der armee te redden; in 1813 deed M. in Duitschland zijn uiterste best, en deelde het kommandement van Parijs met Marmont in 1814, gelijk hij dan ook de capitulatie mede-onderteekende.
Onder de eerste Restauratie werd hij tot pair van Frankrijk benoemd, doch sloot zich in de Honderd Dagen weder aan bij Napoleon ; in 1815 weigerde hij zitting te nemen in den krijgsraad, die Ney moest vonnissen, en werd daarop vervallen verklaard van het pairschap; hij was lid der Kamer van afgevaardigden 1816—19, werd toen hersteld als pair, was van Nov. 1834 tot April 1835 minister van oorlog onder Lodewijk Filips, aan wiens zijde hij, bij gelegenheid der Juli-feesten, door het zoogenaamde helsche werktuig van Fieschi gedood werd 28 Juli 1835.
