Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 21-10-2021

Britannië

betekenis & definitie

lat. Britannia, ook wel Britannia Major, het tegenwoordige Groot-Britannië, was grootendeels inde magtder Romeinen, die het ingedeeld hadden in : Britannia la ten Z., Britannia 2a ten W., Flavia Cesarensis ten 0., Maxima Cesarensis ten N. in Engeland, en Valentia ten Z. in Schotland.

Het werd verdedigd ten Z. door den muur van Adriaan (die zich uitstrekte van de golf van Solway tot Shields), en ten N. door den muur van Severus (loopendevan de golf der Clyde tot den Firth van Forlh). Het zuidwestelijk gedeelte vanB. werd het eerst ontdekt dooide Pheniciërs, die op de Cassiteriden (de tegenw. Scilly-eilanden of Sorlingen) van de inboorlingen tin (kassiteros) gingen inruilen. In 55 v. Chr. stak Cesar uit Gallië het Kanaal over, doch maakte in B. slechts weinig veroveringen.Doortastender trad keizer Claudius op; en onder keizer Domitianus rukten de romeinsche legioenen, aangevoerd door Agricola, voorwaarts tot aan de Grampiaansche gebergten, en onder keizer Vespasianus werd de romeinsche heerschappij voor goed in B. gevestigd. Intusschen hadden de Romeinen moeite om zich, bij de gedurige invallen der Pieten en Scoten, die aanhoudend de Britonen verontrustten, in B. te handhaven; zoodat keizer Honorius eindelijk besloot het land voor goed te ontruimen, nadat hij nog eens een legioen romeinsche soltaten derwaarts had gezonden, om de Britonen te helpen. Deze zochten nu hulp bij de Saksen, die daarop, gemeenschappelijk met de Angelen, in de laatste helft der 5e eeuw naar B. kwamen, en er hun gezag voor goed vestigden. Vergelijk de artt. ENGELAND en GRooi-BRiTANNtë.

< >