Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 21-10-2021

Babylonische ballingschap

betekenis & definitie

of Babylonische gevangenschap, heet de door Nebukadnezar, koning van Babylon (nadat hij 588 v. Chr.

Jeruzalem veroverd en verwoest had) bewerkstelligde wegvoering van een groot (en wel het rijkste) gedeelte der overwonnene Joden als gevangenen naar Babylon. Wel ondervonden de Joden hier eene zachte behandeling, en sommigen hunner klommen zelfs tot de hoogste eere-ambten op; doch wegens de zucht naar weelde en vermaak, die in het rijke en magtige Babylon algemeen heerschte, beschouwden de Joden deze stad als een gruwel van goddeloosheid en zedebederf; vandaar dan ook in de H. S. de naam van Babylonische hoer en (Openb. 17 : 5) »het groote B. de moeder der hoererijën endergruwelen deraarde”, waaraan men hoofdzakelijk de beteekenis heeft te hechten van »afgodische stad”. Cyrus, die 538 v. Chr. het babylonische rijk veroverd had, gaf in 536 v. Chr. vergunning aan de Joden om naar Palestina terug te keeren. Slechts twee stammen (Levi en Benjamin) maakten van die vergunning gebruik; de overige 10 stammen bleven in Babylonië en Assyrië, en vermengden zich gedeeltelijk onder de bewoners van die landen; gedeeltelijk echter vormden ze daar ook afzonderlijke, op zich zelven staande gemeenten. De gevangenschap der Joden duurde dus 52 jaren, doch wordt gewoonlijk, volgens den Bijbel (Jerem.29:10), op 70 jaren gerekend.In de kerkelijke geschiedenis verstaat men veeltijds ook onder den naam van Babylonische Ballingschap het verblijf der pausen te Avignon van 1309 tot 1377.

< >