een titel van de oude fransche adellijke familie Beaumont, waarvan wij vermelden:
(Jean Therèse Louis de Beaumont, markies d’) geb. 1778 te Angers, in den zevenjarigen oorlog adjudant van maarschalk Broglie, 1779 marécbal de camp, emigreerde met Condé, voerde 1792 bevel over een korps ruiterij in dienst der emigratie, en ging 1797 in russische dienst. Na de Restauratie werd hij graaf en gouverneur van het Louvre-paleis, en stierf als zoodanig 12 Jan. 1831.
(Antoine Joseph Eulalie de Beaumont, markies d’), stiefbroeder van den vorige, geb. te Angers 10 Dec. 1744, ging met Lafayette naar Amerika, voerde 1782—8 als maréchal de camp hevel op St. Domingo, emigreerde, keerde 1799 naar Frankrijk terug, werd 1815 gouverneur van St. Germain, en stierf lOApril 1822.
(Marie Jean Josephe Jacques de Beaumont, vicomte d'), oudste zoon van den vorige, geb. 1768, emigreerde 1790, keerde 1800 terug, werd na de Restauratie gouverneur in Bordeaux, en stierf 1828.
(Charles de Beaumont, graaf d’), broeder van den vorige, geb. 1770, van 1792 tot 1799 aanvoerder der Vendeers, onderwierp zich, en trad in dienst van Napoleon. Na de eerste Restauratie werd hij luit.-generaal en pair, en trachtte in de Honderd Dagen een royalistische!! opstand in Anjou te verwekken. Na de Julij-omwenteling wilde hij de Vendee in opstand brengen, werd bij verstek ter dood veroordeeld, bekwam amnestie, en leefde sedert als vergeten burger.
