I, koning van Jeruzalem, volgde 1162 (toen 27 jaren oud) zijnen broeder Boudewijn 111 op den troon; verbrak op de meest onregtvaardige wijze een wapenstilstand, welken hij met den kalif van Egypte had gesloten, dien hij nu in zijn eigen land kwam beoorlogen; maar na eenige voordeelen behaald te hebben, werd hij geslagen door Noradijn en door Saladiju, en was genoodzaakt tot eenen schandelijken aftogt. Hij stierf 1173.
II, uit het geslacht Lusignan, eerst koning van Cyprus, werd 1197 koning van Jeruzalem door zijn huwelijk met Izabella of Sybilla, de weduwe van koning Hendrik, zijnde eene dochter van Amalric I. Hij was echter slechts in naam koning van Jeruzalem; want in weerwil dat hij de hulp van de Kruisvaarders ingeroepen had, mogt het hem nooit gelukken in het bezit van zijn rijk te komen. Hij stierf 1205 te Ptolemais.