(deensch Als), een tot het hertogdom Sleeswijk behoorend eiland in de Kleine Belt, tusschen den Apenrader en Flensburger fjord, en van het vasteland van Sleeswijk en het schiereiland Sundewitt door den smallen Als-sund gescheiden; bijzonder vruchtbaar in boomvruchten en graan; heeft bij eene lengte van 4 en eene breedte van 2 ½ mijl eene oppervlakte van ruim 5 ½ vierk. mijl met 24,000 inw. Het hoogste punt van het eiland is de 256 vt. hooge Hoibjerg (Heuvelberg), en de hoofdplaats is Sonderburg, aan den Als-sund, met 3500 inw.
In een strategisch opzigt is het eiland A. een gewigtig punt en dikwijls van groot aanbelang geweest. In den laatsten sleeswijk-deenschen oorlog werd het steeds bezet gehouden door de Denen, terwijl de operatièn in den veldtogt van 1848 geheel bestuurd werden van dit eiland af.
