d. i. in het Arabisch de Brug,
1) stad in Spanje, het Norba Caesarea der Ouden, 15 mijlen ten noordwesten van Merida, op den linker-oever van den Taag; 3,500 inw. Eene schoone steenen brug, gebouwd op last van Trajanus; vervaardiging van gewoon laken; wolhandel. In 1214 werd het aan de Mooren ontweldigd door Alfons IX, koning van Castilié. De brug over den Taag, waarnaar de stad haren naam draagt, werd 1807 ten deele vernield door de Portugezen, en insgelijks door de Engelschen in 1809, en blijft in eenen staat van verval. A. is de hoofdplaats der militaire Orde van A.
2) stad in Brazilië, provincie Maranhao, 3 mijlen benoordwesten San-Luis, met haven en fort. In den omtrek zijn aanzienlijke katoen- en rijstvelden, alsook zoutwerken
3) rivier in Sicilië, tusschen de districten Messina en Catania, ontlast zich in de Middellandsche Zee bezuiden Taormina.
