zoon van Pheres, koning te Pheres in Thessalië, bloedverwant van Jason, was een der Argonauten en maakte mede jagl op het wilde zwijn van Calydon. Toen Apollo uit den hemel verdreven was, trad hij in dienst bij dezen vorst en hoedde diens kudden.
Op den troon gekomen na zijns vaders dood, deed Admetus aanzock om do hand van Alcestis de dochter van Pelias. Pelias beloofde haar aan hem, wanneer hij in staat was een leeuw en «en everzwijn voor eenen wagen te spannen. Dit gelukte hem met behulp van Apollo. die vervolgens de beschermgod werd van zijn huis. Toen Admetus door eene doodelijke ziekte aangetast was, wist Apollo de Schikgodinnen te bewegen den levensdraad van Admetus alsnog te verlengen, op voorwaarde echter, dat een zijner naaste betrekkingen den dood zou ingaan in zijne plaats. Zijne gade verklaarde zich daartoe bereid en stierf voor hem. Intusschen werd zij weder aan Hades ontworsteld door Hercules, die haar terugbragt aan haren echtgenoot.