(Adelbaldus, Albaldus, Athalbaldius, Adelberon), een Fries van edele geboorte, was de negentiende bisschop van Utrecht, tot welke waardigheid hij omstreeks liet jaar 1000 werd verheven. Een vijand van graaf Dirk 111 van Holland, werkte hij dezen aanhoudend tegen en wist hem bij keizer Hendrik II zwart te maken, zoodat deze op den rijksdag bevel gaf den hollandschen graaf tot rede te brengen ; doch in een gevecht aan den Rijn den 10 Julij 1018 werden die van bisschop A. door die van graaf Dirk geslagen.
Hierop volgde echter den 29 Julij van het zelfde jaar een gezamentlijke aanval van verbondenen tegen graaf Dirk, die hen in de nabijheid van Dordrecht ontving, en zulk eene vreeselijke slagting onder hen aanrigtte, dat men in deze landen sedert den tijd van Karei den Groote zulk een bloedbad niet aanschouwd had. A. zelf ontkwam slechts met moeite in een schuitje, met weinigen bij zich; hij stierf 27 November 1027.