(ook Abravanel, Abarbenel, Barbanella, Barbinellus, Ravanella) Don fsaac, een beroemd rabbijn, een der uitstekendste joodsche mannen der 15e eeuw, werd in 1437 te Lissabon geboren. Hij stond in hooge gunst bij koning Alfons V van Portugal; en na diens dood bij diens opvolger Johan II zwart gemaakt, vlugtte hij op 45-jarigen leeftijd naar Castilie, waar hij al spoedig in hoog aanzien kwam bij koning Ferdinand, dien hij van 1484 tot 1492 diende.
In laatstgenoemd jaar echter werden bij koninklijk decreet alle Joden uit Spanje verbannen, en Abrabanel nam met de zijnen de wijk naar Napels. Ook hier stond hij weldra in hooge gunst bij koning Ferdinand, en daarna ook bij diens opvolger Alfons; toen laatstgenoemde voor Karei VIII van Frankrijk naar Messina vlugtte, vergezelde hem Abrabanel derwaarts; doch kort daarop overleed zijn koninklijke beschermheer, en A. vertrok naar Corfu. In 1496 zette hij zich neder te Monopoli, eene stad in Apulie, waar hij gedurende zes jaren zijne meeste geschriften uitwerkte. In 1503 reisde hij met zijnen zoon Jozef naar Venetie, waar hij als onderhandelaar tusschen die republiek en Portugal optrad en de gerezene geschillen tot vereffening bragtóKort daarna (1508) stierf hij in zijn 71ste levensjaar; zijn lijk werd naar Padua overgebragt en daar met groote eerbewijzen van wege de Venetiaansche republiek begraven. Men heeft van hem Commentarien op het Oude Testament, eene het Christendom zeer vijandige Verhandeling over de profetien aangaande den Messias, en meer andere geschriften.Van zijne zonen werd inzonderheid Jehuda of Leone bekend door zijn veelgelezene, en in vele talen overgezette, wijsgeerige werk ”Dialoghi di amore" (Rome 1535).
