Gepubliceerd op 14-06-2022

Voet

betekenis & definitie

Pes, m.v. pedes, het onderste gedeelte der onderste ledematen; bestaat uit den voetwortel (tarsus), den middelvoet (metatarsus) en de teenen (digiti). De voetwortel bevat 7 korte en dikke beenderen, die echter niet, zooals dit bij den handwortel het geval is, in twee rijen gerangschikt zijn, doch deels boven, deels naast elkander liggen. Deze beenderen zijn: het sprong- of kootbeen (talus of astragalus), het eenige voetwortelbeen, dat door een geleding met het onderbeen verbonden is; het is tusschen het scheenbeen en kuitbeen ingeschakeld en brengt zoo de beweeglijke verbinding van den V. met het onderbeen, het voet- of spronggewricht, tot stand; verder het daaronder gelegen hielbeen (calcaneus), aan welks achterste uitsteeksel, de hak (calx), zich de pees van Achilles vasthecht; en de vijf daarvoor gelegen beentjes, n.l.: het scheepsgewijze been (os naviculare), de drie wigvormige beenen (ossa cuneiformia) en het teerlingbeen (os cuboides). De vijf middelvoetsbeenderen (ossa metatarsi) zijn korte pijpbeenderen, in de lengte eenigszins naar boven bolvormig gebogen.

Daar zij niet in een horizontaal vlak naast elkander liggen, maar het eerste en vijfde middelvoetsbeen lager ligt dan het tweede, is de rug van den V. van voren naar achteren en van buiten naar binnen bol, terwijl de zoolstreek in dezelfde richting hol is. De voetwortel en middelvoet vormen dus een soort van koepel, die bij het staan den grond alleen met het hieluitsteeksel en de hoofdjes der middelvoetsbeenderen aanraakt. Men spreekt dan ook bij dit gedeelte van den voet van voetgewelf. De teenen, wier beenderen in vorm, aantal en wijze van verbinding met die der vingers overeenkomen, zijn bestemd om bij het gaan en staan zich veerkrachtig te bewegen. Spieren, bloed- en zenuwverzorging van den V. verschillen weinig van die der hand. De banden tusschen de beenderen zijn echter steviger, ook is de onder de huid liggende fascia plantaris krachtiger dan die der hand, met het doel om de welving in den V. te behouden; evenzoo is de huid aan de zool (planta pedis) verscheidene malen dikker dan op eenige andere plaats van ons lichaam. Onder het uitsteeksel van het hielbeen en de kopjes van het lste en 5de middelvoetsbeen bevinden zich slijmbeurzen, die haar ontstaan niet alleen aan druk te danken hebben, daar men ze bij het pasgeboren kind ook reeds aantreft.De meest belangrijke afwijkingen der voeten zijn de voetmisvormingen (zie aldaar). Dikke (gezwollen) voeten kunnen het teeken zijn van hart- of nieraandoeningen; in ieder geval wijzen zij op een stoornis in den bloedsomloop, en indien men daarvoor geen plaatselijke verklaring kan vinden, moet aan bovengenoemde ziekten worden gedacht. Bij een zwakken bloedsomloop (zooals behalve bij hartziekten ook bij bloedarmoede voorkomt) treedt deze zwelling der voeten aanvankelijk alleen op na lang staan. Bloedarme meisjes hoort men dan ook dikwijls des avonds klagen over knellen der schoenen en een gevoel van zwaarte in de voeten, een en ander een gevolg van de zuchtige zwelling, die dan door de nachtrust in horizontale houding weer gedeeltelijk of geheel verdwijnt. Geneeskundig onderzoek is ook in deze gevallen noodzakelijk. Zie ook Waterzucht.

Koude voeten zijn veelal het gevolg van een slechten bloedsomloop in die deelen, hetzij door een plaatselijke oorzaak (nauwsluitende schoenen, knellende kousebanden), of door een algemeene hartaandoening, hartzwakte bij zware ziekten. Dikwijls zijn zij het gevolg van een verkeerde bloedsverdeeling, b.v. bij bloedsaandrang naar het hoofd (congestie). Het beste middel is dan de voeten drie minuten in koud water te dompelen, en ze daarna met een ruwen doek droog en warm te wrijven. Ook bij sterke zweetafscheiding (zie Zweetvoeten) zijn de voeten dikwijls koud.

Natte voeten hebben terecht een bijzonder slechten naam in de theorie van het kouvatten; aan het blijven rondloopen met natte voeten wordt het ontstaan van een aantal ziekten toegeschreven. Ofschoon dit niet rekenkundig bewezen is verdient het toch zeer zeker uit een hygiënisch oogpunt aanbeveling, indien de voeten door een of andere oorzaak nat geworden zijn, zoo gauw mogelijk droge kousen en schoenen aan te trekken.