Hoewel zwervers- en jagersvolken ook hun doden begroeven, gaat men er vanuit dat met de bouw van de hunebedden een tijdperk van collectieve dodenbezorging volgens vaste gedragslijnen is begonnen.
Hunebedden worden archeologisch gerangschikt onder megalithische of grootstenige graven. Deze graven komen in geheel Europa voor, zowel op het vasteland als op de eilanden. Nederland is in deze slechts een randgebied, met zijn 53, van de oorspronkelijke 85, min of meer beschadigde hunebedden. Denemarken heeft maar liefst 3500 steengraven en Zweden vierduizend. Ook in Duitsland zijn er veel; de landstreek Hümmling, gelegen tegen de oostgrens van Nederland, voert zelfs een hunebed in haar wapen.