I. teruggetrokken; blé retrait, verschrompeld koren;
II. terugkoop; intrekking; ’t terugnemen; terugtrekking; terugbetaling; le retrait des billets, ’t innemen van de kaartjes; retrait d'emploi, ontheffing van een dienst, schorsing; retrait de la mer, ’t terugwijken van de zee; en retrait, inspringend; en retrait d'emploi, geschorst.