Frans woordenboek (FR-NL)

Dr. F.P.H. Prick van Wely (1952)

Gepubliceerd op 13-07-2022

Procès

betekenis & definitie

rechtsgeding, pleit, proces; faire le procès à qn., de staf over iem. breken; iem. beschuldigen, ter verantwoording roepen; faire un procès à qn., iem. een proces aandoen; entrer en procès avec, gaan procederen tegen; être en procès, in proces liggen.

< >