Frans woordenboek (FR-NL)

Dr. F.P.H. Prick van Wely (1952)

Gepubliceerd op 13-07-2022

Nécessité

betekenis & definitie

noodzakelijkheid, noodzaak; behoefte, nood(druft); gebrek; de nécessité, noodwendig; de première nécessité, noodzakelijkste, nodigste; de toute nécessité, allernoodzakelijkst: par nécessité, uit noodzaak; sans nécessité, onnodig; faire de nécessité vertu, van de nood een deugd maken; nécessité n'a point de lol, nood breekt wet; nécessité est mère d'industrie, de nood maakt vindingrijk.

< >