I. dringend (nodig); dreigend;
II. ogenblik, ommezien; à chaque (tout) instant, ieder ogenblik, telkens, onophoudelijk; à l’instant, ogenblikkelijk, terstond; zo net; d'un instant à l'autre, ieder ogenblik; par instants, zo nu en dan, af en toe.
Gepubliceerd op 13-07-2022
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: