Frans woordenboek (FR-NL)

Dr. F.P.H. Prick van Wely (1952)

Gepubliceerd op 25-05-2022

Conscience

betekenis & definitie

geweten, gemoed; nauwgezetheid; bewustzijn, bewustheid; zelfbewustzijn; avoir de la conscience, nauwgezet zijn; avoir la conscience large, een ruim geweten hebben; avoir la conscience nette, een zuiver geweten hebben; avoir sur la conscience, op zijn geweten hebben; avoir conscience de qc., zich iets bewust zijn, iets beseffen; c'est (une) conscience de, ’t is zonde (schande); (se) faire (une) conscience de, bezwaar hebben om; mettre qc., sur la conscience de qn., iem. voor iets verantwoordelijk stellen, iem. zeggen dat het zijn eigen schuld is; prendre conscience de qc., iets gaan beseffen, zich iets bewust worden; prendre conscience de soi-même, zich zijn kracht (waarde, roeping) bewust worden; en (bonne) conscience, in gemoede; met een gerust geweten; être en pleine conscience, bij zijn volle bewustzijn zijn; faire qc. en conscience, iets nauwgezet (naar plicht en geweten) doen; sans conscience, gewetenloos.

< >