Frans woordenboek (FR-NL)

Dr. F.P.H. Prick van Wely (1952)

Gepubliceerd op 13-07-2022

Large

betekenis & definitie

I. breed; wijd, ruim; vrijgevig, royaal, gul, mild; large d'épaules, breed in de schouders, breedgeschouderd; large d'un mètre, een m breed;

II. ruim;

III. breedte; ruimte; volle zee, ruime sop; donnez du large!, ruim baan daar!; se donner un peu de large, zich de ellebogen een beetje vrijmaken; gagner (prendre) le large, in zee steken; zijn biezen pakken; au large, in volle zee; ruim; au large de Kijkduin, op de hoogte van K.; un mètre de large, een m breed.

< >