Frans woordenboek (FR-NL)

Dr. F.P.H. Prick van Wely (1952)

Gepubliceerd op 25-05-2022

Acquit

betekenis & definitie

1. betaling;

2. eerste stoot, voorstoot; acquit à caution, uitslagbriefje; jouer à l’acquit, spelen wie alles betalen zal; pour acquit, voldaan; par acquit de conscience, pour l’acquit de ma conscience, tot geruststelling van mijn geweten; voor alle zekerheid; par manière d’acquit, om er af te zijn.

< >