Woordenboek van Eufemismen

Marc de Coster (2004)

Gepubliceerd op 17-08-2018

K

betekenis & definitie

Kanker. Alleen de eerste letter wordt uitgesproken, de rest wordt angstvallig verzwegen. De afkorting klinkt dan ook veel minder cru. Eenzelfde strategie (bij eufemismen heel populair) vinden we o.a. terug bij tbc*. In 1961 belandde provo en antirookmagiër Robert-Jasper Grootveld, na protestacties tegen de consumptiemaatschappij en het symbool daarvan (de sigaret), in het huis* van bewaring omdat hij sigarettenaffiches met de letter K had beklad. Een ander eufemisme voor kanker is ‘de gevreesde* ziekte’.

In overlijdensberichten lees je nog vaak het vrij vage ‘overleden na een slepende (of lange) ziekte’. Amerikanen hebben het doorgaans over ‘the Big C’ (de ziekte die John Wayne velde). Een kankergezwel kan ook gecamoufleerd worden met de Latijnse term ‘tumor*’ (er is immers kans dat het goedaardig is en dus uitzicht op genezing). Dit woord, dat gezwel betekent, ontstond in het vakjargon van medici maar wordt ondertussen algemeen aanvaard. Zie ook carcinoom* en nieuwgroei*.

Hij heeft K zeiden ze door de telefoon.

Jan Wolkers: De bond met de blauwe tong. 1964

‘Wat heeft zij dan? Heeft zij een ongeluk gehad?’ ‘Kaa,’ zei Karel. Het klonk ijl, nederig.

Hugo Claus: Hetjaar van de kreeft. 1976

De zoon van de baas had het over K. Ineens heb ik dus K.

Elsevier, 08-10-94

Persoonlijk vind ik ‘K’ juist veel enger klinken dan kanker en vind ik ‘mannelijk geslachtsdeel’ oneindig veel viezer dan ‘pik’.

De Groene Amsterdammer, 19-02-97

< >