Woordenboek van Eufemismen

Marc de Coster (2004)

Gepubliceerd op 17-08-2018

holocaust

betekenis & definitie

De algehele uitroeiing van de joden tijdens WO II. De ‘Vernichtungswissenschaft’ (vernietigingskunde) zoals de nazi’s het noemden, kwam vooral tot uitdrukking in de holocaust. De Amerikaanse Franstalige auteur Elie Wiesel bedacht de term in 1963 (twee jaar na het Eichmann-proces). Onder invloed van het bijbels Grieks, waarin ‘holocauston’ geheel en al verbrand betekent, werd het aanvankelijk gebruikt in de betekenis van ‘brandoffer’ (Abraham die zijn zoon Isaac wou offeren). In de zogenaamde Delftse bijbel van 1477 staat (in wat nu Genesis 22:13 is): ‘Endehi (Abraham, n.v.d.r.) namen, ende hi offerden in ‘holocaust’ voer synen soon.’ In de Statenvertaling lezen we echter het volgende: ‘en offerde hem (namelijk een ram) ten ‘brandoffer’ in zijn zoons stede’ (plaats, n.v.d.r.). In Leviticus 7:2 staat: ‘Hier om daer men dodet die holocaust, daer sal men over doden die victime (Statenvertaling: ‘in plaats van brandoffer nu het schuldoffer’).

In wat nu Leviticus 7:8 is, vinden we opnieuw ‘holocaust’; verder ook in wat nu Deuteronium 12:6 is. Hieruit kunnen we besluiten dat dit vreemde woord al heel lang in de Nederlandse taal voorkomt. De huidige, specifieke betekenis van ‘massale vernietiging; volkerenmoord’ ontstond pas rond 1942. Holocaust verwees van toen af aan naar de systematische uitroeiing van zes miljoen joden. Het werd gebruikt ter vervanging van het Hebreeuwse woord ‘shoah’ dat vernietiging betekent. In het Engels heeft holocaust al veel langer de overdrachtelijke betekenis van slachting. In ons taalgebied komt het in deze zin pas voor rond 1979. In dat jaar verscheen een gelijknamige Amerikaanse serie op de televisie (naar het gelijknamige boek van Gerald Green). Deze tv-reeks bracht in verschillende landen een controverse teweeg. De Pools-Britse socioloog Zygmunt Bauman merkte ooit treffend op dat de holocaust een modern verschijnsel is omdat het de sporen van de moderniteit, van de perfecte bureaucratie vertoont. Jean-Paul Sartre zag er zelfs in zekere, perverse zin een teken van vooruitgang in: vroegere massamoordenaars hadden de middelen niet om miljoenen mensen te vermoorden.

Sinds hij in 1995 publiekelijk de holocaust begon te ontkennen, is de man zelfs te extreem voor de militante Nation of Islam en haar leider Louis Farrakhan, eveneens overtuigd antisemiet en antiblank. De Groene Amsterdammer, 09-09-98

In een synagoge in Moskou is gisteren de uitgifte begonnen van cheques aan overlevende joodse en andere slachtoffers van de Holocaust.

NRC Handelsblad, 30-07-99

Het optreden van de paus in de oorlog is hevig bekritiseerd, omdat hij als leider van de rooms-katholieke kerk in het openbaar weinig of niets zou hebben gedaan om de holocaust te veroordelen.

De Standaard, 08-09-99