Erotisch woordenboek

Hans Heestermans (1977)

Gepubliceerd op 17-03-2020

vedel

betekenis & definitie

vedel - (> veel).

1°. vrouwelijk schaamdeel; eig. ‘bep. soort strijkinstrument’. De bet. ‘vagina’ is wrsch. niet direct uit de eig. bet. ontstaan, maar secundair gevormd bij (strijk)stok ‘penis’ en vedelen ‘coïre’. Eng. jiddle en hd. Geige en ndl. viool hebben dezelfde erotische bet. Dat nu maar quam een hups Gesel, Met sijn Tuyghje ficks en wel, lek liet hem stooten in de Veel, Tot dat ick hadt mijn rechte deel, STARTER, Steeckb. 92 [1624].
2°. mannelijk lid. Misschien is deze bet. ontstaan uit verwarring met vede (zie hierboven). Ook in het Antw. Liedb. 34 [1544] komt een passage voor waarbij met vedel wordt ingespeeld op de bet. ‘penis’. Ick zach dat zoete struycxkin, En sy bekeeck mijn veelkin, Doen klam (= klom, H.) ick op haer buycxkin, En sy ontfijnck mijn steelkin, DE CASTELEIN. Lied. D iij r° [± 1530].
3°. voor W.-Vl. (DE BO) en in Aant. GEZELLE ook vermeld in de bet. ‘snol, hoer’.