Wat is de betekenis van Bet?

Best

(zelfstandig naamwoord) wedje, weddenschap

Als vrouwelijke naam een verkorting van Elisabeth, als mannelijke naam een variant van Bete.

bet - Zelfstandignaamwoord 1. (Jiddisch-Hebreeuws) tweede letter van het alfabet 2. (Jiddisch-Hebreeuws) getal twee 3. (Jiddisch-Hebreeuws) huis (als deel van woordcombinaties) bet - Werkwoord 1. enkelvoud tegenwoordige tijd van betten 2. gebiedenwijs van betten Woordherkomst Herkomst: Hebreeuws Verwante...

BET - Belangrijke aandelenindex van de aandelenbeurs van Roemenië.

(Verkorting van Elizabeth) In de verb. een kwaaie bet, - tante, - wijf. Zij was een kwade bette, braaf genoeg, maar niet om haar op de tenen te laten stampen, STREUVELS 1962, 139.

m/V Als m. naam een variant van Bete, als vr. naam een verkorting van Elisabeth (Fri.).

gebet, bevogtig, natmaak.

I (ver)wedden, wedden (om); you bet!, waarachtig zeg!, wees daar zeker van!; II weddenschap.