Woordenboek Engels (EN-NL)

Dr. F.P.H. van Wely (1951)

Gepubliceerd op 28-02-2022

feed

betekenis & definitie

I. voeden, spijz(ig)en, te eten (voedsel) geven; voe(de)ren, (laten) weiden; onderhouden [’t vuur]; aanvoeren; feed down, afgrazen; feed up, flink voeden; (vet)mesten; be fed up with, zijn bekomst hebben van, beu zijn van;

II. zich voeden; eten; weiden; feed on, leven van, zich voeden met;

III. voe(de)r, maal(tijd), eten; portie; voeding, aanvoer; off one’s feed, de eetlust kwijt.

< >