Encyclopedie van Noord Brabant

Anton van Oirschot (1985-1986)

Gepubliceerd op 20-10-2020

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN

betekenis & definitie

opgericht in 1956 als Technische hogeschool Eindhoven en officieel in 1957 geopend, met medewerking van bedrijven, o.a. Philips.

Het eerste jaar werd begonnen in paviljoens; het definitieve gebouw werd in 1960 officieel in gebruik genomen. Begonnen werd met 245 studenten, en vier richtingen: algemene wetenschappen, werktuigbouwkunde, elektrotechniek en scheikunde-technologie. In 1985 werd een groot complex in gebruik genomen met sportcentrum, mensa, laboratoria in afzonderlijke gebouwen en een studiecentrum en als richtingen: techniek en maatschappij, bedrijfskunde, wiskunde, technische natuurkunde, werktuigbouwkunde, elektrotechniek, scheikundige technologie, bouwkunde en informatica en als einddoel de ingenieurstitel. In 1987 werd de naam gewijzigd in: Technische Universiteit Eindhoven. Eindhoven kreeg de eerste afgestudeerden in 1962, toen de hogeschool ca 1350 studenten, ruim 60 hoogleraren en ca 950 andere personeelsleden telde.In samenwerking met andere kwam het tot verschillende afzonderlijke instituten, zoals het Instituut voor Perceptie-onderzoek om de wetenschap te verrijken en toepassing van wetenschappelijke kennis in de praktijk. Er kwam ook een Stichting Eindhovens Hogeschoolfonds tot stand, voor de ontwikkeling van de technische wetenschappen. De TH ging ook een samenwerking aan met een Engelse organisatie van onderzoek op zuiver wetenschappelijk gebied, het stralingsonderzoek, waarbij zowel de medische wetenschap (open hartoperaties) als de industrie profijt kan hebben. In 1974 werd al voorgesteld een eigen installatie te bouwen voor dit stralingsonderzoek, welk project de naam „Pampus” kreeg, maar dat geen doorgang vond. Wel werden kredieten beschikbaar gesteld voor onderzoek in het buitenland. Nederland werd de eerste buitenlandse partner van Engeland; beide landen werken nu ook samen op astronomisch gebied.

Vanaf 1983 vindt er uitwisseling plaats van Nederlanders en Britten bij hun beider meetstations. Behalve groepen onderzoekers van de T.U. Eindhoven en het Philips Nat. Lab. zijn ook andere universiteiten en de Shell actief.