Encyclopedie van Noord Brabant

Anton van Oirschot (1985-1986)

Gepubliceerd op 20-10-2020

NIEUW-HERLAER

betekenis & definitie

kasteel in de gemeente Sint-Michielsgestel, stammend uit de 14de eeuw. waarvan de oorspronkelijke achtzijdige traptoren (15de eeuw) met uivormige bekroning nog over is. Het wordt al genoemd in 1381.

Het lag met de noord- en oostkant tegen de Dommel en was verder door grachten omgeven. Ook kon in tijden van gevaar het omliggende land geïnundeerd worden (b.v. 1629. belegering van 's-Hertogenbosch).De eerste heren van Nieuw Herlaer waren Willem van Randerorder, geseyt van den Aa, diens zoon Floris en kleinzoon Willem, waarna het vele malen van eigenaar wisselde. Doordat er in 1736 hypotheek op Nieuw-Herlaer komt, krijgen we een beeld van het kasteel uit die tijd: ..Nieuw-Herlaer aan de oostzijde van de afgebroken zaal met de kelder onder de afgebroken zaal. besingeld met zijn gragt en de rivier de Dommel, met hoven, boomgaard, stallingen, schuur, het recht van de visscherij, vischvijver inden hof. capelle, brouwerij en bequame woningen daeraen, omsingeld met hegge en plantagiën, met syn gedeelte in de conijnswarande en houtgewassen daerop staande, gelegen in de sandberg''. Het werd in 1750 verkocht aan Herman Gideon Clemens, hervormd predikant, hoogleraar in ’s-Hertogenbosch.

Sigismund David baron van Bonstetten, die eind 18de eeuw door zijn huwelijk heer van NieuwHerlaer was geworden, liet het kasteel, op de toren na. in 1791 afbreken en een nieuw gebouw tegen die toren zetten. Een verbouwing bleek wel nodig; er werd toen geschreven: ..Zeer oud en bouwvallig gebouw hebbende twee extra groote kamers beneden”.

Maar de nieuwe heer kwam in financiële moeilijkheden. In 1798 moest hij het al verkopen. Koper werd Thomas Cornelis van Rijckevorsel uit s-Hertogenbosch, die het kasteel echter niet voor zichzelf kocht, maar voor het bisdom ’s-Hertogenbosch. Er werd het groot seminarie gevestigd, dat er tot 1840 bleef gehuisvest. Toen werd Nieuw Herlaer het instituut voor doofstommen, dat echter in 1910 een eigen gebouw betrok. Het kasteel kwam daarna eerst in handen van de Franse zusters Benidictessen, die haar abdij in Jovarre waren ontvlucht, waarna het in 1919 het klooster werd van de Oostenrijkse zusters van de Goddelijke Heiland. Nadat dezen eerst delen van het complex hadden verhuurd, verkochten zij in 1958 de gebouwen, die zij niet nodig hadden, aan de Godshuizen te 's-Hertogenbosch voor de verpleging van zwakzinnige kinderen.

Bron: S. H. M. Jongmans. Kroniek van St. Michiels Gestel, 1963: A. van Oirschot, Middeleeuwse kastelen in Noord-Brabant, 1981.