bisschoppelijk paleis, gebouwd in 1853 door mgr. J.
Zwijsen te Haaren. Zwijsen werd als coadjutor van mgr. Den Dubbelden tot bisschop van Gerra i.p.i. gewijd. Het was toen niet toegestaan als gevolg van de Aprilbeweging dat de bisschoppen in de hoofdplaats van het bisdom zouden resideren. De Aprilbeweging was een protestactie tegen het herstel van de bisschoppelijke hiërarchie in Nederland in 1853. In 1864 vestigde mgr.
Zwijsen zich in het bisschoppelijk paleis aan de Parade in ’s-Hertogenbosch. Op Gerra is een moordaanslag op hem gepleegd in 1863 in de nacht van 14 op 15 juli. In zijn slaapkamer werd hij overvallen door een onbekende met een vuurwapen. Na acht dagen kon de kogel uit het lichaam worden verwijderd. De moordaanslag is nooit opgelost. Er waren waardepapieren en f. 5.000 ontvreemd. De huisknecht werd gearresteerd, maar kort daarop weer vrijgelaten.Gerra werd door mgr. Godschalk in 1889 tijdelijk als toevluchtsoord afgestaan aan de Missionarissen van het H. Hart, die uit Frankrijk waren verdreven. Ook de Witte Paters hebben er enkele jaren gezeten. Van 1934 tot eind 1939 werd het gebruikt als werklozenkamp o.l.v. de Broeders van Dongen. In 1946 vestigden er zich de Theresianen en kort daarna werd Gerra de verblijfplaats van de contemplatieve Carmelitessen. Het werd daarvoor belangrijk uitgebreid, o.m. met een kapel.
Bron: Anton van Oirschot, Haaren-Belveren, 1975.
