Het kleine boerenbedrijf is niet makkelijk af te bakenen. Het Fr. woord ‘koumelker’ (koemelker) duidt een bepaalde categorie juist aan, evenals ‘garnier’ (gardenier) in de bouwstreek.
Bij intensieve tuinbouw gelden andere normen voor de bedrijfsgrootte.De extensievere greide- en gemengde bedrijfjes wenst de georganiseerde landbouw op te trekken tot een 15 ha, met werk voor anderhalve man. Dan is er sprake van een zelfstandig en sociaal-economisch verantwoord bedrijf. Daarheen leidt een lange weg; ruilverkavelingen en saneringen zijn de voornaamste middelen. Vele kleine boeren hebben een moeilijk bestaan. Soms doet de vrouw het bedrijf je en werkt de man buiten de drukke weken in een fabriek. Daardoor hoort men niet zoveel van de moeilijkheden. Het kleine boerenbedrijf komt in Frl. het meest voor in de Wouden.