Encyclopedie van Friesland

Prof. Dr. J.H. Brouwer (1958)

Gepubliceerd op 22-01-2020

GA

betekenis & definitie

(Fr.: geo), a. kerkdorp, in namen als Oudega, Follega; in de Oudfr. woorden als ghameech, gaeman (dorpeling), een ‘gha-mich to Jorwerth,, gafolk (dorpsbewoners), gaprestere (dorpspastoor); b. dorpsgebied, bijv. landen ‘in Iorwerdera gha’ (in ’t Jorwerder gebied); c. groter gebied, landstreek, vandaar geakunde, ‘It Fr. Gea’.

Doora. en b. ontstonden namen als Hasker Vijfga, Lemster Driega. zie Go, Legean. Zie: Moerman, 68.