Vitaminen zijn een groep van voedingsstoffen, die in tegenstelling met eiwit, vet en koolhydraten, die voor den opbouw en de energiebehoefte van het lichaam zorgen, noodig zijn voor allerlei zeer uiteenloopende levensfuncties. De vitaminen doen dienst als regulatoren en stimuleeren verschillende levensprocessen, evenals katalysatoren, zonder aan het proces zelf deel te nemen.
De verschillende vitaminen zijn chemisch gesproken in het geheel niet aan elkander verwant. Toch verdeelen we ze gewoonlijk in twee groepen, nl. de groep van de in water oplosbare vitaminen en die van de in vet oplosbare vitaminen. Tot de eerste groep behooren de vitaminen B en C, terwijl de andere in vet oplosbaar zijn. In den eersten tijd dat men het bestaan van vitaminen vermoedde, wist men omtrent hun chemische samenstelling niets af en gaf men aan de verschillende vitaminen letters ter onderscheiding.
De behoefte van het lichaam aan de verschillende vitaminen is in vergelijking met de behoefte aan eiwit en koolhydraten zeer gering. Terwijl er van eiwit en koolhydraten resp. tientallen en honderdtallen grammen per dag noodig zijn, is dat bij de vitaminen slechts enkele milligrammen of hoogstens enkele tientallen milligrammen, zooals bij het vitamine C. Krijgt het lichaam te weinig van een of ander vitamine, dan spreekt men van hypovitaminose of avitaminose.
