Een bloeding tussen de twee buitenste vliezen die de hersenen omgeven (de subdurale ruimte).
Bij een subdurale bloeding is een bloedvat tussen de twee buitenste hersenvliezen gescheurd door hoofdletsel. Dat kan komen door een ernstig ongeval en dan heeft iemand hierna een forse bloeduitstorting. Het kan ook komen door een stootje tegen het hoofd. Ook dan is er een bloeduitstorting, maar die ontstaat heel langzaam en wordt langzaam groter.
Een acute subdurale bloeding is vaak levensbedreigend. De dokter in het ziekenhuis (de neurochirurg) moet snel in actie komen. Door een gaatje in de schedel te boren (‘trepanatie’), kan het teveel aan bloed er snel uit.
Een chronische subdurale bloeding gaat langzaam. Het kan maanden duren voordat de bloeduitstorting in de hersenen zo groot is dat iemand klachten krijgt, zoals hoofdpijn of verwardheid. Een chronische subdurale bloeding komt vooral voor bij oude mensen die zijn gevallen en bij alcoholisten (mensen die veel te veel drinken). Mensen met een ziekte of met medicijnen waardoor hun bloed niet goed stolt, hebben meer kans op zo’n bloeding.
Ook subduraal hematoom. Kijk ook bij hersenschudding.
