Junior Dokterswoordenboek

Arnoud van den Eerenbeemt (2010)

Gepubliceerd op 23-02-2017

bloeding

betekenis & definitie

Verlies van bloed door een kapot bloedvat.

Een bloeding krijg je meestal bij een groot of klein ongeluk, zoals een val met de fiets, een snee in de vinger tijdens het schillen van een appel of gewoon… te fanatiek neuspeuteren. Je beschadigt dan een bloedvat. Het lichaam maakt er snel een bloedstolsel. Dat zie je aan het korstje. Het bloeden stopt zo algauw, maar niet helemaal. Zo’n stolsel bestaat op dat moment alleen uit samengeklonterde bloedplaatjes. Die plakken aan de rand van de wond, waardoor het bloed niet meer kan stromen. De geklonterde bloedplaatjes geven stoffen af die reageren met stollingseiwitten in het bloed. Die maken het stolsel stevig, waarna het bloeden helemaal stopt.

Mensen met een stoornis van de stolling krijgen eerder bloedingen, soms ook van binnen (inwendig). Dat kan gevaarlijk zijn doordat het lastig is zo’n bloeding te stoppen. Hoe de dokter de bloeding noemt, hangt af van het bloedvat: ‘aderlijke bloeding’ of ‘veneuze bloeding’, ‘slagaderlijke bloeding’ of ‘capillaire bloeding’ (van de haarvaten). Verwar ‘aderlijk’ niet met ‘adellijk’.

Ook hemorragie (uitspraak: hee-moo-raa-GIE). Kijk ook bij bloedstolling, bloedstollingsstoornis, bloeduitstorting, hemofilie.