Christelijke encyclopedie

F.W. Grosheide (1926)

Gepubliceerd op 29-12-2019

Stem

betekenis & definitie

De menschelijke stem. Bij ’t spreken worden in de lucht bepaalde trillingen opgewekt (elk geluid bestaat uit trillingen der luchtdeeltjes), die door den hoorder met zijn oor kunnen worden opgevangen. Wanneer spreker en hoorder aan een bepaald geluid of een opeenvolging van geluiden dezelfde beteekenis hechten, is mededeeling van gedachten langs dezen luchtweg mogelijk.

Een kind moet leeren spreken, d.w.z. een bepaalde opeenvolging van geluiden vóórtbrengen en ook moet het de beteekenis er van onthouden. Het geluid, dat door de menschelijke stem wordt voortgebracht, ontstaat in strottenhoofd, keel en mond van den spreker.

Het strottenhoofd, met van buiten de z.g. Adamsappel, bevindt zich in het verlengde van de luchtpijp en bestaat uit vier kraakbeenstukjes, aan elkaar verbonden door banden en spieren, en van binnen bekleed met slijmvlies.

Binnen in dat strottenhoofd loopen de twee stembanden van voren naar achteren en tusschen die stembanden bevindt zich de stemspleet. Door spiertjes kan die spleet verwijd en vernauwd worden, en kunnen de stembanden zelf meer of minder gespannen worden.

Worden die stembanden strakker gespannen, dan is de toon, waarop we spreken of zingen hooger. Zoodoende kunnen we een a zingen op verschillende toonhoogte.

Bij ’t spreken en zingen worden nu de stembanden in trilling gebracht door de lucht, die er bij uitademing langs gaat. Laat men de stembanden trillen bij verschillende standen van keel, mond en tong, dan ontstaan de klinkers; terwijl we bij het uitspreken der medeklinkers vooral tong en lippen bewegen.Andere stemmen. In de Heilige Schrift is behalve van de menschelijke stem nog sprake van de stem van God, van engelen, van dieren en zelfs van levenlooze dingen.

Meermalen sprak God met hoorbare stem; als Hij van den Sinaï tot de kinderen Israëls sprak en hun Zijn wet bekend maakte; toen Hij met Mozes sprak, uit het brandende braambosch en bij meer andere gelegenheden; met een menschelijke stem riep de Heere Samuël en later Paulus. Bij den doop en bij de verheerlijking van Jezus op den berg werd een stem uit den hemel gehoord. De stem des Heeren gehoorzaam zijn, beteekent: de geboden en inzettingen gehoorzamen, die Hij aan Zijn volk heeft gegeven. In Ps-. 29 wordt onder de stem des Heeren de donder verstaan, die een prediking is van Gods majesteit en soms van Zijn toorn (Jes. 30 : 30).

Wanneer engelen verschijnen, in menschelijke gedaante, spreken ze ook met hoorbare stem, b.v. tot Abraham, tot Lot en bij de opstanding van Jezus.

Ook wordt gesproken van de stem van het vee (Job 4 : 10; Ps. 104 : 12; Amos 3 : 4) en van de stem van levenlooze dingen (Gen. 4:10; 2 Kron. 5 : 13 en Hab. 3 : 10).