Christelijke encyclopedie

F.W. Grosheide (1926)

Gepubliceerd op 29-12-2019

Lodewijk de Dieu

betekenis & definitie

(of Louis, Ludovicus de Dieu), zoon van den in het laatst van zijn leven Vlissingschen predikant Daniël de Dieu, werd te Vlissingen geboren 7 April 1590. Hij studeerde te Leiden onder leiding van een oom Daniël Colonius, den regent van het Waalsche College aldaar.

Niet alleen studeerde hij in de theologie, ook de studie der Oostersche talen boeide hem ongemeen. Na een reis door Frankrijk werd hij 1 October 1602 proponent bij de Classis van Walcheren.

Prins Maurits bood hem zelfs het ambt van hofprediker aan, maar zijn groote bescheidenheid deed hem bedanken. Eerst deed De Dieu dienst als hulpprediker te Vlissingen.

In 1614 werd hij predikant bij de Waalsche gemeente te Middelburg. Maar in 1617 trad hij op als predikant bij de Hollandsche gemeente van zijn vaderstad, op wier kosten hij gestudeerd had.

In November 1619 werd hij predikant bij de Hollandsche gemeente te Leiden en tevens naast zijn oom medebestuurder van het Waalsche College aldaar. Hoewel hij in 1636 zijn oom als regent van bovengenoemd College opvolgde, bleef hij ijverig als predikant werkzaam.

Hij overleed, na vele ongesteldheden, 23 December 1642.Als prediker had Ludovicus de Dieu een grooten naam, maar ook als taalgeleerde had hij groote verdienste. Inzonderheid de Oostersche talen had hij grondig bestudeerd, ’t geen uit tal van zijn werken overvloedig blijkt. Te Leiden genoot hij den omgang met mannen als professor Daniël Heinsius en den bekenden predikant Festus Hommius, bij wiens overlijden hij tegenwoordig was. Zuiver Calvinist, was hij tevens een irenisch en zachtmoedig man. Een enkele maal fungeerde hij als voorzitter van de Zuid-Hollandsche Synode. In 1629 wees hij een roeping naar de Waalsche gemeente te Amsterdam af.

Ook een hoogleeraarszetel, hem in 1636 aan de pas opgerichte academie te Utrecht aangeboden, kon hem niet bekoren. Bij langer leven zou de hoogeschool te Leiden hem ongetwijfeld als een harer professoren geteld hebben.

Zijn studiën van de Heilige Schrift werden zeer geprezen. En mannen als professor Polyander en professor Heidanus eerden in lijkrede en geschrift zijn nagedachtenis.

< >