Bijbelse encyclopedie

Prof. dr. F.W. Grosheide (1950)

Gepubliceerd op 17-04-2025

PAARD

betekenis & definitie

Het is aan te nemen, dat in Voor-Azië (het Eufraat- en Tigrisgebied) een wild p. voorkwam, dat de stamvorm geweest is van de Oosterse of warmbloed-rassen. De meest zuivere afstammelingen zijn de echte Arabische p., eenmaal de trots der Arabische sheiks, thans zeer zeldzaam te vinden in Trans-Jordanië.

Van Mesopotamië uit zijn de p. verspreid over Syrië, Arabië, Egypte en aangrenzende landen. Dit is reeds vroegtijdig begonnen, Gen. 47 : 17. In Egypte waren ook p.fokkerijen, Ex. 9 : 3, en dat is zo gebleven (2 Kon. 18 : 24; Jes. 31 : 1 enz.). De p. hebben een belangrijke rol gespeeld in de oorlogsvoering (Ex. 14 : 6; 2 Kron. 12 : 3; Ez. 17 : 17). Ook andere volken hadden p. voor de oorlog (Joz. 11 : 4; 1 Sam. 13 : 5; 2 Sam. 8 : 4; Ez. 23 : 6). Zelfs de beschrijving Job 39 : 22—28 is die van het krijgsp. Pas in Davids dagen horen we van p. in Israël en dan nog beperkt (2 Sam. 8 : 4; 1 Kron. 18 : 4). Salomo organiseert de cavalerie (1 Kon. 4 : 26; 9 : 19; 10 : 26). Sinds die tijd ontwikkelt zich ook een levendige p.handel (1 Kon. 10 : 28—29). Latere koningen hadden ook p. voor hun oorlogsvoering (1 Kon. 18 : 5 enz.), maar daarnaast kwamen ook p. in het bezit van niet-vorstelijke personen. Ze werden gebruikt als rijdier (Pred. 10 : 7), maar ook bij het landbouwbedrijf (Jes. 28 : 28). Na de ballingschap waren er ook p. in privé-bezit (Ezra 2 : 66; Neh. 7 : 68). De p. werden niet beslagen, zodat het bezit van natuurlijke harde hoeven een voortreffelijke eigenschap was, Jes. 5 : 28.

< >