Vreemdeling
m. en v. (-en), 1. buitenlander, buitenlandse man of vrouw : er zijn veel vreemdelingen in de stad ; hij is een vreemdeling in zijn eigen land, kent zijn land niet; — in jurid. zin (in Nederl.) iem. die geen Nederlander of Nederlands onderdaan is ; — zegsw.: een vreemdeling in Jeruzalem zijn, zie Jeruzalem;...