Wat is de betekenis van tuttebel, tuttebol?

2024-04-26
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

tuttebel, tuttebol

(1971) (scheldw.) truttig meisje. Uitbreiding van tut. Uit de meisjestaal. (zie F. Jansen: Van apekop tot zielepoot). Variant van totebel (reeds opgetekend in 1640, tote-belle). Zie ook truttebol. • Zij noemt zichzelf behoudend, „maar in mijn denken ben ik beslist geen tuttebol”. (Algemeen Dagblad, 19/08/1971) • Zo hebben we...

2024-04-26
Scheldwoordenboek

Marc de Coster (2007)

tuttebel, tuttebol

ouwelijk gekleed, truttig meisje. Uit de meisjestaal. Zie Laps en Jansen (1985). Zie ook truttebol.Wat ik wel wil is trouwen en kinderen. Wat dat betreft ben ik echt een ouderwetse tuttebol. (Club, maart 1988) Dat nemen die tuttebollen bij de NCRV natuurlijk! (Nieuwe Revu, 25/08/1993)