Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

Gepubliceerd op 15-07-2021

tuttebel, tuttebol

betekenis & definitie

(1971) (scheldw.) truttig meisje. Uitbreiding van tut. Uit de meisjestaal. (zie F. Jansen: Van apekop tot zielepoot). Variant van totebel (reeds opgetekend in 1640, tote-belle). Zie ook truttebol.

• Zij noemt zichzelf behoudend, „maar in mijn denken ben ik beslist geen tuttebol”. (Algemeen Dagblad, 19/08/1971)
• Zo hebben we wel eens iemand horen verzuchten: wat een tuttébel. (Limburgsch dagblad, 31/05/1975)
• Tuttebel: meisje dat ouwelijk opgemaakt en gekleed is. (Kristiaan Laps: Nationaal scheldwoordenboek. 1984)
• Als ze eens even bij hun bloedeloze maar overgevoelige billen gepakt worden, doen ze al meteen triomfantelijk alsof ze aangerand zijn. Dus tòch een tuttebol. (Ben Borgart: Fontana. 1988)
• Wat ik wel wil is trouwen en kinderen. Wat dat betreft ben ik echt een ouderwetse tuttebol. (Club, maart 1988)
• Ik ben geen tuttebel die alleen met ‘r vriend op de bank voor de buis gaat zitten. (Popfoto, juli 1988)
• Dat nemen die tuttebollen bij de NCRV natuurlijk! (Nieuwe Revu, 25/08/1993)
• Jezus, wat een truttebol was ik aan het worden. Een troela, tuthola! (Gerdy Van Der Stap: Nestspel. 1994)
• De laatste keer dat ik haar sprak, kwam het gesprek op een bepaald soort Gooise tuttebollen, met waxcoats en een coupe soleil. (HP/ De Tijd, 27/07/2001)
• "Ja hallo tuttebel", zegt Ruud tegen zijn onderbuurvrouw-en-beste-vriendin sinds een jaar of 100, terwijl hij de roller in de felgekleurde verf doopt, "zie je mij al met miss piercing een lang en gelukkig leven opbouwen dan?” (de Telegraaf, 24/11/2001)
• Als een nieuwsgierig oud wijf had ik over mijn schouder gegluurd. Truttenbol die ik was. (A.F. Th. Van der Heyden: De Movo-tapes. 2003)
• De film speelt zich af in een vrouwengevangenis, waar dertiger Anna (Ann Eleonora Jorgensen) aan de slag gaat als geestelijk verzorger. De tuttebol, die last heeft van arrogant idealisme, raakt geïntrigeerd door de mysterieuze gevangene Kate (Trine Dryholm). (het Parool, 27/10/2004)
• We reden heen en weer over de dijk, gleden lui over de Rijksweg en maakten als een stel oude tuttebollen een stop bij Café Zaal Terras Waanders voor een softijsje. (Tommy Wieringa: Joe Speedboot. 2005)
• De twee tuttebelletjes zagen elkaar geregeld en veel van die momenten zijn op de gevoelige plaat vastgelegd. (Heleen van Royen: De naaimachine. 2010)
• Lesbische teutebel! Ze moesten een vibrator in je kut stoppen. (Mick van Wely: Levenslang. 2013)
• Dit soort teksten maakt me sjaggerijnig, maar daar kan ik beter over zwijgen. Tuttenbol, die ik ben. (Roos Schlikker: We rommelen maar wat aan. 2016)