Wat is de betekenis van Toewerpen?

2024-04-27
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

toewerpen

toewerpen - Werkwoord 1. (ditr) iets in iemands richting gooien Hij kreeg van zijn rivaal de handschoen toegeworpen. Woordherkomst samenstelling van toe(bijwoord) en werpen(werkwoord)

2024-04-27
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

toewerpen

toewerpen - onregelmatig werkwoord uitspraak: toe-wer-pen 1. het binnen iemands bereik gooien ♢ de hond kreeg een koekje toegeworpen 2. het mogelijk maken dat iemand het krijgt ♢ dit voordeeltje...

2024-04-27
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Toewerpen

v., tasmite.

2024-04-27
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Toewerpen

(wierp toe, heeft toegeworpen), 1. werpen binnen het bereik van; soms als uiting van achteloosheid of verachting: de arbeiders moeten elkaar de gereedschappen overreiken en niet toewerpen; een hond een stuk vlees toewerpen; — (zegsw.) elkaar de bal toewerpen, elkaar helpen, (ook) de beslissing op elkaar afsc...

2024-04-27
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

toewerpen

wierp toe, heeft toegeworpen; 1. naar iem. werpen: een tijger een stuk vlees toewerpen; 2. vullen door er iets in te werpen: een kuil toewerpen; 3. toeslaan: een deur toewerpen.

2024-04-27
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

toewerpen

('toe) (wierp toe, heeft toegeworpen) 1. dichtwerpen: een kuil -. 2. hard dichtslaan: een raam -. 3. ergens heen werpen. ➝ bal, handschoen.

2024-04-27
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Toewerpen

(wierp toe, heeft toegeworpen), 1. werpen naar: een hond een stuk vlees -; (zegsw.) elkaar de bal -, elkaar helpen; iemand een kushand toewerpen; 2.dichtgooien.

2024-04-27
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

Wil je toegang tot alle 9 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-27
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Toewerpen

Toewerpen - (wierp toe, heeft toegeworpen), naar iem. werpen : den hond een stuk vleesch toewerpen; dichtwerpen : een kuil toewerpen; — door middel van werpen doen vallen, hard dichtslaan : eene deur, een raam toewerpen.